|
Een nieuwe loot aan onze Jaguarstam: een XJ6 Series 3. met een zes cilinder van 4.2 liter, dus de zelfde motor als de E-type, echter niet met carburateurs, maar met inspuiting. Loopt als een zonnetje, de airco doet het fantastisch, interieur is zeer presentabel, de kleur is mooi, maar er zit een enkele vervelende beschadiging in de lak. Er heeft dus een dramatische terugval in diversiteit bij ons plaats gevonden. Met de DS de deur uit, hebben we ons teruggetrokken in een vertrouwde cocon van monocultureel klassiek autobezit: alleen Jaguar. |
|
Hier staan we voor onze favoriete watering hole, de Aussie Drifters bar/ restaurant/ pizzeria aan de branding. Wat ik voor de DS gebeurd heb, was precies genoeg om deze Jaguar weer van te kopen. De beschadigde lak, en dat een van de twee benzinetanks (elk 45 liter) ontbrak, maakte dat de prijs op het zelfde niveau kwam als mijn DS waarvan de 4de versnelling kaduuk was. |
De skyline van Pataya doet niet onder voor Manhattan. De Series 3 is de laatste versie van dit model XJ, meer dan 120.000 gemaakt van 1979 tot 1986 als 6 cilinder, en van 1979 tot 1992 ruim 10.000 met een 12 cilinder motor. Deze is die met "lange wielbasis" (LWB) en met de zo begeerde pepperpot wielen. Ruim 200 pk of 313 Nm koppel geleverd aan een automatische versnellingsbak. |
De kwaliteits problemen waren met de Series 3 grotendeels opgelost, maar de electra is problematisch gebleven. Te complex voor die periode, met al heel wat gecomputeriseerde schakelingen. De eerste dagen als nieuwe eigenaar wat eenvoudige gremlings verholpen: de koplampen doen het weer, het kofferbaklichtje werkt weer, alle knipperlichten knipperen, het klokje loopt weer (en gelijk!). Wat laag hangend roestig fruit netjes zwart gelakt. |
Onder een Flamboyant (delonix regia). |
De vissershaven van Bang Saray. |
De woensdagavondmarkt wordt opgebouwd op het tempelterrein. |
De toegangpoort tot de woensdagavondmarkt in Bang Saray met rechts daarvan een gerookte viskraampje. |
Ons groene achterland. De planten zijn maniok of cassave. De Thai eten dit niet (en terecht!) maar maken er een zetmeelproduct van waar plastic van gemaakt wordt. Thailand is een grote exporteur van dit zetmeel. |
De vissershaven van Ban Ampeur. |
Hier hebben we voor 500 baht (pakweg 15 euro) getankt en daarvoor is er bijna 20 liter in een van de tanks gestort. Komen we zeker 150 kilometer mee. Deze pomp heeft drie smaken: 91 octaan (de linker) 20% alcohol (te veel aangelengd voor een oude auto) en 95 octaan met 5% alcohol, dat tanken we hier. Nergens zelfbediening, soms krijg je een fles water kado, of worden de ruiten gewassen, en natuurlijk kan je ook de banden oppompen. Langs de grote wegen ook altijd gratis brandschone toiletten. |
De kofferbak zag er zeer armoedig uit. Een paar dagen stoeien met nieuwe panelen van een soort plastic hardboard (zeer makkelijk te verwerken en watervast) en enkele meters luxe tapijt bestemd voor Mercedes (in Chinatown gewoon per strekkende meter te koop), ziet het er weer als nieuw uit. Geen "mannetje" maar "vrouwtje" Annie Sofa heeft de bies gedaan, zoals alles wat ze doet, niet perfect, maar ze is wel aardig en niet duur. De korrekte XJ6 gereedschapsdoos had ik al, want zat bij de onderdelenschat voor de Mark IV. Ik heb er dus eigenlijk de passende auto bijgekocht. |
Ook de deurpanelen konden wel een nieuw skaitje hebben. Meteen ook maar nieuwe panelen van dat witte plastic plaatmateriaal gesneden. |
De kaartenbak, en het handvat helemaal, kostte veel gesleur, geruk en gezweet, maar skai is redelijk beunhaasvriendelijk materiaal en het zit er acceptabel op. |
En meteen maar door met de binnenbekleding. |
Nu de airco weer echt koud laten zijn. De originele airco (een ongelooflijk mooi maar gecompliceerd ding) is er allang uit en naderhand geinstalleerde universele airco's lekken altijd gas. |
Daar hebben we hier "mannetjes" voor. Het gas komt uit een gastankje dat in de witte doos op de grond zit. Op het groene spandoek worden de essentiele onderdelen van een airco getoond: de condensor (een soort radiator waar het gas vloeibaar wordt en waarmee de warmte afgevoerd wordt), diverse hulpstukken, de compressor en de evaporator (waar het gas verdampt waarmee de kou voor de cabine gemaakt wordt). |
Het olifantenkamp een paar kilometer landinwaarts had voor de corona veel asiatische klandizie. |
Naast cassave wordt er ook enorm veel ananas geteeld in ons achterland. In stalletjes langs de weg krijg je tien ananae voor 100 Baht, eurokwartje per stuk dus. |
|
Over de nieuwe weg naar U-tapao en dan langs de kust verder richting Cambodia. Hier even geluncht. |
Het straatje met de oude houten huizen langs de rivier in Chanthaburi. |
Altijd oppassen geblazen met die olifanten. |
Een oude kokosplantage op het zuidpuntje van Ko Chang. |
Een door de overheid goedgekeurd en druk uitzichtpunt, met militaire bewaking. Onze fototas met twee iPhones erin in het gras laten staan, half uurtje later terugeraced, tas stond er gewoon nog, in het gras. |
Een enigzins verwaarloosde tempel, maar nog steeds heel mooi. |